De volgende drie schalen raken, net als de laatste drie bazuinen, niet een aardse of natuurgebonden sfeer. De laatste drie schalen betreffen vooral de mensen zelf en de in hen werkzame tegenkrachten: het anti-Christus rijk, zijn koningen en zijn hoofdstad.
De vijfde uit de tempel gedragen schaal wordt uitgegoten op de troon van het beest. Bedoeld wordt het rijk van de mensen die weer in het dierachtige stadium van groepszielen zijn terug gevallen en niet het hoger Zelf (het Manas) ontwikkelden. Het is een ander rijk dan dat van de dieren zelf. Het is een terug gevallen mensenrijk. Zij missen wat de essentie van het mensenrijk is, het sociale leven dat wordt gedragen door liefde en wederzijds vertrouwen. Daaruit ontstaan eenzaamheid, levensangst en verbittering. Zij kauwen hun tongen van pijn, leggen de schuld bij God in plaats van zichzelf en bekeren zich niet. Daarom wordt hun rijk verduisterd, aldus Schult (p.270).
Uitgieten vijfde toornschaal op troon van het beest, York Minster, 1405-1408, https://commons.wikimedia.org/wiki/File:York_Minster,_Great_East_Window_-_Apocalypse_(detail)_0.jpg
Terwijl de vierde schaal over de Zon en het Ik-centrum sprak, duiden de volgende drie schalen op de bovenmenselijke sferen in de kosmos en de menselijke aanleg. De zeven schalen voeren ons door alle zeven sferen van de wereld volgens de Kabbala (Schult, p.271). Het kan helpen om dit nog even te recapituleren. De eerste schaal wees ons op de fysieke wereld, de kabbalistische Asija wereld. De tweede, derde en vierde schaal hadden betrekking op de etherische, astrale en mentale wereld, de Jetzira wereld. De vijfde, zesde en zevende schaal betreffen de wereld Gods, respectievelijk de sfeer van de Geest, de Zoon en de Vader, ofwel de wereld van Beriah, Aziluth en Ensoph. In de wereld van Beriah bevinden zich de troon van God en de geestelijke oervormen, de Heilige Geest. In de wereld van Jetzirah openbaart zich de sfeer van de Zoon van God als de Mens in God, Adam Kadmon. En in de sfeer van Ensoph openbaart zich de laatste diepte van de oneindige en vormloze Vadergod. Het rijk van de hel en satan ziet Schult op een zelfde manier gestructureerd. De wereld van Beriah met de troon van God heeft in het rijk van de duisternis de troon van het beest. Bij het uitgieten van de vijfde schaal komt nu niet de Heilige Geest in het lichtrijk naar voren maar het rijk van de duisternis en de troon van het beest. En bij de zesde toornschaal komen niet de goddelijke hiërarchieën van de Zoon en de sefiroth te voorschijn maar de satanische triniteit met de bijbehorende demonen. En in plaats van de goddelijke oergrond van de Vader en de goddelijke eenheid zien we bij de zevende toornschaal het verval van elke gemeenschap.
Dit zichtbaar worden van de troon van satan bij het uitgieten van de vijfde schaal, kwamen we bij het klinken van de vijfde bazuin tegen in de vorm van de ster die uit de hemel viel en de put van de afgrond opende waaruit een walm opsteeg die de Zon verduisterde. En bij het openen van het vijfde zegel hoorden we de roep van de geofferde martelaren onder het altaar aan God om hun bloed te wreken. Nu bij het uitgieten van de vijfde toornschaal is dat moment aangebroken.
0 reacties