Kees Zoeteman
Al in 1909 wees Rudolf Steiner erop dat in onze huidige vijfde cultuurperiode (Sardis) en in de periode die hierop volgt (Filadelfia) een sterke oppositionele kracht werkzaam wordt. Deze is erop gericht om de mensheid, die in zich opneemt het Christusprincipe, -het door liefde gedragen hoger zelf in de mens-, alsnog in het materialisme te sleuren (Aus der Bilderschrift de Apokalypse des Johannes, GA 104a: 17 mei 1909). Ruim een eeuw later is dat volop gaande, in veel meer raffinement dan begin twintigste eeuw zichtbaar was. Daarbij kunnen we in de eerste plaats denken aan onze leefstijl en de bekende daarmee verbonden sociale en milieuproblemen als de aantasting van de ozonlaag en de klimaatverandering. Maar er speelt veel meer. Velen zien bij voorbeeld de ontwikkelingen rond digitale netwerken als een belangrijke verworvenheid en verbetering van ons leven, zonder erbij stil te staan dat hiervoor ook een prijs wordt betaald. Die prijs is in hun ogen niet relevant omdat men de schadelijke effecten niet ziet. Laten we eens kijken wat de veranderingen zijn in de lucht- en lichtruimte, zoals Steiner het noemt, en tot wat voor gevolgen die kunnen leiden, zowel voor de mens als voor het leven op Aarde in het algemeen. En hoe ziet Steiner deze technieken zich ontwikkelen, daarbij de symbooltaal van de Apocalypse volgend? Daar zullen we aan het slot bij stilstaan.
Ingrepen door de technologische mens in de ademruimte voor het leven op Aarde
De mens is, sinds wij de beschikking kregen over het vuur, in staat om de ademlucht in onze omgeving nadelig te beïnvloeden. Ten opzichte van de natuurlijke branden en vulkaanerupties stelde in het begin de vervuiling die de mens door zijn vuren in de atmosfeer bracht niet zoveel voor. Maar het verstoken van de voorraden gas, olie en kolen namen steeds grotere vormen aan en zijn nu de oorzaak van het veranderen van ons klimaat. Ik zeg daarmee niets nieuws, maar het illustreert hoe de mens ontwikkelingen in gang kan zetten die eerst nauwelijks de natuurlijke processen beïnvloeden om tenslotte moeilijk om te keren verstoringen tot gevolg te hebben. Dit wordt steeds grootschaliger herhaald.
Lokale vervuiling en erosie van de bodem wordt gevolgd door vervuiling van het rivierwater, en vervolgens van de lucht boven de continenten en nu ook van het klimaat op de hele planeet om daarna door te dringen tot de hoogte, de planetaire ruimte (K. Zoeteman, 2009, Gaialogica, Zeist: Christofoor). Deze ruimte om onze planeet lijkt ver van ons bed. Wat daar plaatsvindt ontgaat de meeste mensen en heeft in het begin ook niet zoveel invloed op de natuurlijke processen. De planetaire ruimte is nog van iedereen, dus wie dit recent nog niet door de mens beïnvloedde gebied als eerste vervuilt komt er gemakkelijk mee weg. Er is nog geen aarderegering die vanuit het algemene belang vergunningen kan uitdelen voor experimenten in de ruimte of voor het lanceren van raketten. Dus elk land gaat zijn eigen gang. Als eerste zijn de grote staten natuurlijk begonnen met de militarisering van de ruimte, gevolgd door bijvoorbeeld het uitrollen van het steeds snellere internet en het GPS om onze locatie op Aarde te bepalen en daarop navigatie (bijvoorbeeld TomTom) of crowd control te baseren. Een sprekend voorbeeld van de mentaliteit waarmee de ruimtevaart wordt bedreven, is de lancering bij een testvlucht van Elon Musk’s SpaceX Falcon raket, in februari 2018, waarbij hij en passant zijn rode Tesla Roadster in de ruimte lanceerde. Deze draait sindsdien rondjes van 557 dagen om de Zon. Volkomen nutteloos en dat mag. Niet omdat het moet maar omdat het kan, heet dat.
Promotiemateriaal voor de ruimtereis van Elon Musk’s Tesla Roadster door ons zonnestelsel
Nu is het lanceren van raketten in de ruimte inmiddels een dagelijkse bezigheid geworden. Om allerlei redenen: spionage, tv, internet, navigatie, monitoring van de natuur (van landbouwgewassen, droogte, sneeuwdek, vulkaanerupties, grote branden), enzovoorts. Daar zitten best wel nuttige zaken bij. Maar de manier waarop staten en technologische reuzen zich de delicate ijle atmosfeer om de Aarde toe-eigenen zou meer vragen moeten oproepen dan nu het geval is. Iets van de vereiste discussie komt op gang in de vorm van het protest tegen het uitrollen van het 5G-netwerk, dat de opvolger is van eerdere 4G-, 3G-, 2G- en 1G-netwerken die beperkter in hun vermogens waren. Wat is daar aan de hand?
5G-netwerk
De Europese Commissie heeft alle lidstaten verplicht om eind 2020 minimaal één regionaal 5G-netwerk te hebben. Elk land moet immers mee in de technologische vaart der volkeren.
Wat komt daar allemaal voor kijken? De providers, die 5G diensten aanbieden, hebben hiervoor een draadloos zendernetwerk van technologisch hoogstaande zendantennes nodig. Mei 2020 heeft VodafoneZiggo als eerste in Nederland de 5G zendtechnologie geïntroduceerd. VodafoneZiggo bouwt daartoe haar netwerk van 3000 zendmasten in ons land om en uit. Bij KPN en T-Mobile zijn de aanpassingen voor 5G ook in een vergevorderd stadium (https://www.nrc.nl/nieuws/2020/06/24/hoe-snel-wordt-5g-in-nederland-en-wanneer-moet-je-upgraden).
Bezwaren tegen 5G zijn gericht op de elektromagnetische straling die van dergelijke zendmasten uitgaat op de gezondheid van bewoners in de buurt hiervan. Maar dat is niet het enige effect waar we aan moeten denken. De zendmasten worden gecomplementeerd door een deken aan satellieten die om de Aarde in omloop worden gebracht om onze mobiele telefoons, i-Pads en dergelijke met zo min mogelijk vertraging te bedienen met informatie. Met 5G wordt de downloadsnelheid en de reactiesnelheid, van belang bij het streamen van films en bij gaming, aanzienlijk hoger. Op beide aspecten, de lokale zendmasten en het netwerk van satellieten, wordt hierna ingegaan.
Zendmasten
Een mobiele telefoon is een apparaat waarmee draadloos getelefoneerd kan worden met behulp van een netwerk van antennes. Het gaat hier niet om de zogenaamde draadloze telefoons die gekoppeld zijn aan een vaste telefoonaansluiting thuis of op kantoor en die alleen gebruikt kunnen worden binnen een straal van tientallen meters van het basisstation. In 2017 beschikte ruim de helft van de wereldbevolking over een mobiele smartphone, waarmee je in beginsel overal waar je bent kunt communiceren. Een smartphone is behalve een mobiele telefoon, waarmee je kunt bellen en sms’en, ook een geavanceerde minicomputer met functies zoals foto’s en video’s maken en versturen, e-mailen, spelletjes spelen, internetten, locatie registratie, e.d. Vooral de laatste functies hebben veel te winnen bij het aanbieden van het meer betrouwbare en snellere 5G netwerk.
Hoe werkt het nu precies? De eigen mobiele telefoon is, net als de zendmast, een kleine zender die elektromagnetische straling in de vorm van radiogolven uitzendt in de ruimte naar een of meerdere zendmasten. Vanaf dat moment gaat het signaal via kabels de grond in en vindt het zijn weg door het vaste GSM-netwerk (Global System for Mobile communication), een kabel- en glasvezelnetwerk dat oceanen en de hele aardbol overspant. Tenslotte komt het signaal weer naar één of meerdere zendmasten in de buurt van de beoogde ontvanger via de ruimte bij diens smartphone uit.
Het ruimtenetwerk van satellieten voor 5G
Als het internet via de smartphone of laptop wordt ingeschakeld, komen de satellieten die boven het aardoppervlak staan in beeld. Via deze satellieten kan zowel direct met individuele gebruikers als via honderden zogenaamde Gateway Earth Stations worden gecommuniceerd. Om de communicatie via deze satellieten mogelijk te maken moeten deze worden uitgerust met krachtige stralen van elektromagnetische golven met bepaalde golflengtes die grote afstanden in de ruimte van enkele honderden kilometers hoogte boven de Aarde kunnen overbruggen en in hoge dichtheid grote hoeveelheden informatie ongestoord kunnen doorgeven. Anno 2020 wordt door grote bedrijven aan het uitrollen van het 5G netwerk gewerkt, onder het motto The sky is the limit. Was het maar waar dat in de hogere luchtlagen een duurzaamheidsgrens werd ervaren. Want er zullen naar verwachting nog vele nieuwe xG-generaties volgen in deze 21ste en verdere eeuwen.
Hierbij volgt een korte impressie van wat er volgens bijvoorbeeld Arthur Firstenberg nu al op stapel staat (https://www.cellphonetaskforce.org/planetary-emergency/).
Er zijn enkele grote spelers in de VS die raketten met satellieten aan het lanceren zijn om het 5G ruimte netwerk op te bouwen. Zij hebben daarvoor toestemming gekregen van de Amerikaanse Federal Communications Commission. Elon Musk’s SpaceX kreeg in 2018 groen licht voor zijn plan om 4.425 satellieten in een lage baan om de Aarde te brengen, het zogenaamde Starlink project. Daarna wil SpaceX dit aantal tot 12.000 opvoeren om ultrasnel en vertragingsvrij internet mogelijk te maken op elke vierkante meter van de Aarde. In 2020 moeten 800 van deze satellieten operationeel zijn. In 2020 zijn de ideeën verder ontwikkeld om niet 12.000 maar 30.000 ‘Generatie 2’ satellieten te installeren die cellen van ca 8 km in diameter op het aardoppervlak aanstralen, zodat deze satellieten 150 miljoen internet gebruiken tegelijkertijd kunnen bedienen. Samen met vier andere bedrijven (Boeing, OneWeb, Telesat Canada en Iridium) zijn er nu lanceringen van 20.000 satellieten in Noord-Amerika toegelaten en aangevraagd. De plannen van Amazon en Samsung voegen hier nog 10.000 satellieten aan toe. (https://www.ad.nl/wetenschap/steeds-meer-satellieten-maar-wie-heeft-de-macht-in-de-ruimte~aedefa11/?referrer=https://www.google.nl/). Daarbij komen nog vergelijkbare projecten uit onder meer China, Rusland en Europa. In totaal is ongeveer de helft van de satellieten afkomstig van de VS, 14% van China en 6% van Rusland (https://www.weforum.org/agenda/2019/03/chart-of-the-day-the-countries-with-the-most-satellites-in-space/).
Satellieten om de Aarde (https://www.quest.nl/tech/ruimtevaart/a28180666/dit-zie-je-aan-de-zomerhemel-1-satellieten/)
Tenslotte zijn er nog andere satellieten die worden gebruikt voor het Global Positioning System (GPS). Voor afstand bepaling via het GPS wordt gebruik gemaakt van 32 verschillende satellieten die elk in één van in totaal zes banen op 20.200 km hoogte boven de Aarde staan. Deze veel verder weg gelegen banen zijn zodanig gekozen dat vanaf elke plaats op Aarde altijd minstens vier satellieten waarneembaar zijn. Het meetprincipe van het GPS is gebaseerd op de afstandsmeting tussen satelliet en ontvanger en het bekend zijn van de positie van de satelliet. De afstanden tussen de satelliet en de ontvanger worden uit de gemeten looptijden van uitgezonden radiogolven afgeleid. Daarmee kunnen onze navigatiesystemen worden gevoed.
Kaart van om Aarde circulerende objecten (https://earthobservatory.nasa.gov/features/OrbitsCatalog)
Over de gezondheidseffecten
Of de straling die van zowel de zendmasten als de satellieten uitgaat een schadelijke uitwerking heeft is momenteel omstreden. Op zijn minst bevreemd het dat zo’n grote technologische ingreep in de leefomgeving nauwelijks met goed ecologisch en gezondheidskundig onderzoek wordt begeleid. Daar valt veel over te zeggen, maar het voert te ver voor dit artikel om daar diep op in te gaan. Zie bijvoorbeeld:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7016513/
https://emfscientist.org/index.php/emf-scientist-appeal
https://www.europarl.europa.eu/RegData/etudes/BRIE/2020/646172/EPRS_BRI(2020)646172_EN.pdf.
De huidige gezondheidsnorm is gericht op het beperken van de opwarming van het lichaam door de straling. Kernachtig heeft Prof Dr Hans Kromhout, voorzitter van de commissie EMV van de Gezondheidsraad, punten van bevreemding verwoord in een interview over 5G in de Telegraaf van 23 maart 2020:
Volgens Kromhout staat de beoordeling van 5G vanwege het economische belang haaks op de zorgvuldige manier waarop we omgaan met andere blootstellingen, zoals aan chemische stoffen, bestrijdingsmiddelen of medicijnen. „Daarvoor bestaat zeer strikte regelgeving”, onderstreept hij.
„Maar voor 5G heb je een enkele norm, de ICNIRP-norm, die volledig gebaseerd is op opwarming. En er worden wat metingen gedaan in de buurt van 5G zenders, zoals je in het RIVM-rapport over 5G ziet. Er wordt echter geen blootstelling van individuen gemeten, geen toekomstscenario’s van blootstelling doorgerekend en geen eventuele gezondheidsrisico’s ingeschat. Dat moet anders. Je moet de industrie niet zomaar haar gang laten gaan. Weldoordachte afwegingen vooraf – zegeningen versus risico’s – zijn ook in dit dossier noodzakelijk.”
Niet-warmte gerelateerde effecten kunnen in de natuur een rol spelen, zoals de eerder geciteerde Arthur Firstenberg aangeeft. Er loopt een atmosferische elektrische stroom van 1 – 10 pico ampère per vierkante meter, die ontstaat in de aarde en beweegt opwaarts tijdens onweersbuien tot aan de ionosfeer, en dan weer terug keert naar de aarde door de atmosfeer en door onze lichamen heen. Deze stroom is volgens sommige onderzoekers van belang voor onze gezondheid (o.a. R.O. Becker en G. Selden, The Body Electric, New York: Morrow 1985, p. 142). De positieve of negatieve invloed op onze gezondheid zou daarbij afhankelijk zijn van de frequentie van de stroom. Zendervelden zijn altijd hoogfrequent, iets dat op Aarde voor zover bekend niet voorkomt. De nieuwe stralingen van het 5G netwerk zouden de delicate natuurlijke processen kunnen verstoren.
Wetenschappers die zich zorgen maken doen dit niet zozeer wegens opwarming door straling in de hersenen van telefoongebruikers maar wegens de niet-warmte gerelateerde effecten. Als deze werkelijk een rol spelen zou dat dus een bom onder het hele concept van de smartphone leggen. Er zijn mensen die aangeven andere dan warmte effecten te ondervinden van elektromagnetische velden. Zij worden geclassificeerd als ‘elektrogevoelig’. Volgens kennisplatform.nl klagen mensen met elektrogevoeligheid over hoofd-, spier- en gewrichtspijn, hartritmestoornissen, huidproblemen, moeheid en concentratieproblemen bij blootstelling aan elektromagnetische velden ver onder de huidige blootstellingslimieten. Het genoemde kennisplatform EMV is een voorlichtingsplatform van RIVM, TNO, DNV GL, GGD, GMOR Nederland, Agentschap Telecom en ZonMW en geeft aan: ‘De klachten die elektrogevoeligen ervaren, zijn reëel en kunnen ernstig zijn en de kwaliteit van leven nadelig beïnvloeden. De oorzaak van de klachten is wetenschappelijk nog niet duidelijk.’ Dat laatste kan natuurlijk makkelijk worden beweerd, al komen er steeds meer studies over niet-warmte gerelateerde effecten van elektromagnetische stralingen beschikbaar. Zie bijvoorbeeld het werk van Geesink et al., die vanaf 2016 een meta-analyse van de thans beschikbare 750 biomedische publicaties (1970-2020) op het terrein van elektromagnetische effecten op levend materiaal hebben gemaakt: https://www.quantumbionet.org/quantumbiosystems/. Ook zijn er ruim 30.000 onderzoeken vermeld op https://www.emf-portal.org/. Men stelt nu dat er een kleine minderheid onder de bevolking hypergevoelig is en impliciet suggereert deze classificatie dat er wegens de uitzonderingspositie geen rekening mee hoeft te worden gehouden bij de uitrol van de 5G techniek.
De stichting Stop5GNL heeft tegen de Nederlandse staat een kort geding aangespannen. In mei 2020 wees de voorzieningenrechter de belangrijkste vordering: het stoppen van de uitrol van het 5G netwerk, af. Er is hoger beroep aangetekend. Intussen werd per 29 juni 2020 de veiling van frequenties voor het 5G netwerk in Nederland door de overheid gestart.
De besproken ecologische en gezondheidseffecten zijn voor sommige landen zoals België en Frankrijk aanleiding om het voorzorgsprincipe toe te passen. In Nederland kunnen de onderzoeksresultaten het in de beleidsvorming nog moeilijk opnemen tegen de overweldigende economische zucht naar technologische vooruitgang. Dat zal vermoedelijk pas lukken als de effecten veel grotere vormen aannemen en niet meer te negeren zijn. Kan de ontwikkeling dan nog worden teruggedraaid of kunnen de effecten dan nog worden verminderd?
Gemanipuleerde lucht- en lichtruimte
Op dit punt is het interessant kennis te nemen van wat Rudolf Steiner heeft voorzien voor de huidige en komende cultuurperiode. Net als bij de Apocalypse, met zijn beeldsymbolen, moeten we het daarbij doen met korte aanduidingen van Steiner’s kant tijdens een lezing in Kristiana, Noorwegen, op 18 mei 1909. Hierbij gaat hij in op de betekenis van de zeven apocalyptische zegels. De zegels laten zien wat in de huidige zeven cultuurperioden wordt voorbereid en naar buiten treedt in het komende Zegeltijdperk. We beperken ons tot de huidige vijfde cultuurperiode en de komende zesde cultuurperiode.
Johannes neemt helderziend waar dat de zielen in de vijfde of Sardis periode steeds lichtender worden door het opnemen van de liefdesimpuls in hun Ik en dat dit in het Zegeltijdperk zal leiden tot een lichtende aura die als een wit kleed om deze zielen zal verschijnen. Maar een andere stroming onder de mensen zet zich hiertegen af en drijft het Ik van de mens steeds dieper in het materialisme. Bij hen zal het resultaat zijn dat het materialisme tenslotte de persoonlijkheid overwint. Al het uiterlijke praktische leven maakt zich los van de individuele persoonlijkheid, zoals in de financiële wereld geld al een eigen leven is gaan leiden. Deze oppositionele kracht zal aan het einde van onze cultuurperiode verschijnen als ‘uiterlijk overwonnen mensheid’. En de mensen die om het innerlijke Woord dat zij volgen ‘verwurgd worden’ zullen veel te lijden hebben. Maar zij zijn het tegelijk die de belangrijkste cultuurdragers zijn bij de aanvang van het komende Zegeltijdperk.
En een voorbode van het Zegeltijdperk vormt de zesde cultuurperiode, vertegenwoordigd door de gemeente Filadelfia. Buiten de spirituele mensen in die tijd zal de rest van de mensheid ingesponnen zijn in het uiterlijke sociale leven dat een nog verder versterkt materialisme zal kennen. Deze mensen zullen ‘in hoge mate de natuurkrachten beheersen, zoals we dat nu al (het is op dat moment 1909, KZ) zien in de draadloze telegrafie en de luchtvaart. Het is niet om het even of het luchtruim wordt doordrongen met spirituele gedachten of met gedachten over materiële behoeften. Dat zal onze gehele aardbol gaan omhullen. Daar kijken we binnen in een tijdperiode waarin de mens in hoge mate in het lucht- en lichtruim zal ingrijpen.’
De toehoorders konden, toen Rudolf Steiner dit uitsprak, zich nog geen beeld vormen van wat zich nu als samenleving met smartphones, 5G netwerk, satellieten en crowd control ontwikkelt. En wie kan zich nu voorstellen waartoe dit over 30 of 100 of 3000 jaar leidt? Opnieuw laten we Steiner aan het woord. ‘Wat zullen de vruchten zijn van deze tijdsperiode? In zijn ware gestalte verschijnt het in een zeker tijdperk zo dat deze elektrische golven terugwerken op de aardekrachten, en afhankelijk van het goede en slechte (van de daden, KZ) zullen aardbevingen en aardverschuivingen optreden als uitwerkingen van daden van de mens.’ Dat ziet Steiner verwoord in de gebeurtenissen bij het openen van het zesde zegel (Op.6:12), die eruit bestaan dat een grote aardbeving plaatsvindt, de Zon wordt verduisterd en de Maan bloedrood wordt. Hij voegt eraan toe: ‘Indem der Mensch seine Empfindungen der Luft mitteilt, ändert er die ganze Natur, und es tritt etwas auf wie ein Meteorregen. So entfesselt der Mensch die Kräfte der Natur, aber nicht ungestraft trifft er seine Verrichtungen’. (Door zijn sensaties aan de lucht over te brengen, verandert de mens de hele natuur, en ontstaat er zoiets als een meteorenregen. Op deze manier ontketent de mens de krachten van de natuur, maar deze verrichtingen blijven niet ongestraft.)
Het uitrollen van het 5G netwerk biedt de huidige consument maar weinig nieuws ten opzichte wat met het 4G netwerk al mogelijk was. Maar met de overheden en multinationale bedrijven, die op dit gebied hun gang gaan, lijkt een drempel te zijn overschreden in het bewustzijn van wat er op het spel staat. Protesten nemen toe en de Zwitserse overheid heeft daarom het uitrollen van 5G gestaakt. De schets die Rudolf Steiner naar aanleiding van de Apocalypse geeft, laat zien dat wat er op het spel staat te maken heeft met de vrijheid van het individu en de ontplooiing van de liefdeskracht die als enige de weg kan banen naar de toekomst van het ware menszijn. Elke materialistische invulling van dat ideaal is daarbij misleidend.
Met dank aan Jan van Gils voor technisch commentaar.
0 reacties